dinsdag 8 november 2016

Koekplanken....

Bij het verdelen van de erfenis van mijn ouders, 3 jaar geleden, kwam deze
koekplank in mijn bezit. Toen mijn vader op pensioen ging ( in 1984) heeft hij
de meeste koekplanken weggeschonken. Dit is één van de weinigen die nog
in het bezit van de familie is. Voor mij is deze plank "het" symbool van mijn
roots. Ze brengt zoveel herinneringen naar boven aan het leven in de bakkerij.
Een van mijn zoetste jeugdherinneringen is wanneer begin november het
speculaasseizoen van start ging. De bedwelmende geur van versgebakken
speculaas die de bakkerij vulde, daar kon toch niemand aan weerstaan!
Omdat tradities belangrijk zijn en houvast geven in het leven zet ik de traditie
van het ambachtelijk speculaas bakken verder in mijn gezin.

In de 17de en 18de eeuw kenden de koekplanken een enorme bloei.
Aanvankelijk kon enkel de rijkere klasse zich het figuratieve gebak
veroorloven. De koekplanken waren dan ook prachtig uitgewerkt.
De meeste koekplanken die wij kennen stammen uit de 19de en
begin 20ste eeuw d.w.z. van na de grote bloeiperiode.

Speculaas is afgeleid van het Latijnse speculum wat spiegel betekent.
De koekplanken werden immers in negatief uitgestoken. De koek
is dan het spiegelbeeld van de uitgestoken vorm.
Speculaasdeeg was aanvankelijk erg hard. Bij dit deeg kwam het
gedetailleerde uitsteekwerk van de planken goed tot zijn recht.
Later verkreeg men door o.a. het toevoegen van boter een rijker
en zachter deeg. Hierdoor waren de details na het bakken minder
goed zichtbaar. De mooie, uitgewerkte planken waren niet langer
rendabel. Eenvoud was troef.

De koekplankensnijder was geen ambacht op zich. Meestal maakten en
herstelden deze ambachtslieden ook spinnewielen, ornamenten, meubels,
deurlijsten enz. De koekplankensnijders trokken van dorp tot dorp.
Daarom treffen we vaak dezelfde motieven op verschillende plaatsen aan.
Naast houtbewerkers sneden ook bakkers figuren uit. Enkelen waren
hierin zéér bedreven maar dit was zeker niet algemeen.


Koekplanken vormen een kunstvorm die lange tijd als minderwaardig
werd beschouwd. De bakvormen waren immers louter functioneel en
hadden weinig decoratieve waarde. De kunstenaar was vaak anoniem
en het is slechts zelden dat de planken voorzien werden van initialen.
Soms werden de initialen in het hout gekerfd (zie linksonder), soms
erin gebrand.

Er zijn planken waarbij de uitgesneden figuur met metaal is omrand.
Deze rand werd geplaatst wanneer de figuur niet diep genoeg was
uitgesneden en men een dikke speculaas wenste. De koek moest een
zekere dikte hebben om niet te breken. 

Het hout moet aan drie eisen voldoen:
- de structuur moet fijnvezelig zijn. Zo kunnen details gemakkelijk
worden uitgewerkt.
- de gebruikte houtsoort moet zacht zijn, maar toch voldoende hard.
- het hout mag geen smaak afgeven.
De meest gebruikte houtsoorten om een koekplank uit te snijden zijn
essen, teak en notenhout. Vroeger werden ze meestal gesneden uit
hout van vruchtenbomen.



De grootte van de planken is erg verschillend.
Soms treffen we één voorstelling aan, dan weer
verschillende naast of onder elkaar. In het laatste
geval spreken we van een rijtjesplank of
gruttenplank.

De kermis fungeerde vroeger als ontmoetingsplaats voor vrijgezellen,
de koek als eventuele tussenschakel. Wanneer het meisje de koek
accepteerde, betekende dit echter nog geen groen licht voor de aanbidder.
Dat bleek pas bij een nadere kennismaking. Kreeg hij de benen van de
koek aangeboden, dan wist hij dat hij afgewezen was. Dit gebruik vond
ook plaats op de Nicolaesmarkt. Sinterklaas was immers de patroonheilige
van de vrijers.

Deze vorm is speciaal omdat hij uit twee delen bestaat. Het deeg dat zich
in de uitgesneden vormen bevindt moet natuurlijk op de bakplaat terecht
komen. Niet zo eenvoudig als de plank uit vele, grote figuren bestaat.
Wanneer we deze vorm openen dan duwen de kleine houten balkjes
aan de voorzijde het deeg uit de vorm. Zo belanden de deegvormen toch
veilig op de bakplaat.




Door de industrialisatie werd speculaas een massaproduct.
De koekplank verloor haar technische functie. Enkel voor de
gezelligheid maakt men nog op ambachtelijke wijze speculaas.
Hoe dat in zijn werk gaat laat ik in een volgende blogje zien.

(Bron:"Speculaties rond gebak uit houten prenten:een proces
van intensivering naar extensivering" Scriptie geschreven door
Barbara Rubberecht. Academiejaar 2005-2006)
Een speciaal woordje van dank aan Josee Houben. Zij heeft me
enkele van de hier getoonde koekplanken uitgeleend om
foto's te nemen ter illustratie van dit blogje.Hartelijk dank hiervoor!!
Groetjes Liliane

4 opmerkingen: